De huisarts bespreekt met u welke klachten u hebt en zal u lichamelijk onderzoeken. Als uw huisarts vermoedt dat er sprake kan zijn van alvleesklierkanker, zal hij u doorverwijzen naar en maag-darm-leverarts (MDL-arts) of een internist. Deze specialist zal het lichamelijk onderzoek herhalen en aanvullend uitgebreid onderzoek laten verrichten. Hieronder kunt u meer lezen over de onderzoeken die kunnen plaatsvinden.
Bloedonderzoek
In het bloed kan een vroeg stadium van geelzucht worden aangetoond. Ook kan suikerziekte in het bloed worden aangetoond. Deze symptomen zijn soms een aanwijzing voor alvleesklierkanker.
Echografie
Bij een echografie van de bovenbuik worden met behulp van geluidsgolven afbeeldingen gemaakt van vrijwel alle organen in de buik. De geluidsgolven, die niet hoorbaar zijn, weerkaatsen tegen de organen. De alvleesklier en een eventuele tumor en uitzaaiingen kunnen hierdoor in beeld worden gebracht. Tijdens het onderzoek ligt u op een onderzoekstafel. Uw buik wordt ingesmeerd met een gel die geluidsgolven goed geleidt. Daarna beweegt de arts het echoapparaat over uw buik. Het echoapparaat zendt geluidsgolven uit en vangt de teruggekaatste geluidsgolven op. De teruggekaatste geluidsgolven zijn te zien op een beeldscherm.
Verder onderzoek
Als er tijdens een echografie een tumor is aangetoond, is het nodig om ook de andere omliggende organen van de alvleesklier nog verder in beeld te brengen. Ook kan het nodig zijn om een stukje weefsel weg te nemen om verder te laten onderzoeken in het laboratorium.
De volgende onderzoeken kunnen plaatsvinden:
Magnetische Resonantie Cholangio Pancreaticografie (MRCP)
Een MRCP is een MRI-scan van de galwegen en de alvleesklier. Bij dit onderzoek wordt in plaats van röntgenstralen gebruik gemaakt van een magnetisch veld, waarmee de arts een gedetailleerd beeld kan verkrijgen van inwendige organen. Tijdens het onderzoek ligt u in een kokervormige scanner. Meestal krijgt u voor het onderzoek contrastvloeistof in een ader ingespoten. Het is een veilig onderzoek dat tegenwoordig vaak gebruikt wordt in plaats van een CT-scan. Het voordeel van een MRI/MRCP is dat de galwegen en de alvleesklierbuis extra goed worden afgebeeld.
Magnetische Resonantie Cholangio Pancreaticografie (MRCP)
Computertomografie (CT-scan)
Een CT-scan is een gespecialiseerd röntgenonderzoek waarbij de alvleesklier en omliggende organen en weefsels zeer gedetailleerd in beeld worden gebracht. Tijdens het onderzoek wordt u langzaam door een kokervormige scanner bewogen. De scanner maakt een serie gedetailleerde foto’s. Meestal krijgt u van tevoren een contrastvloeistof te drinken. Een andere contrastvloeistof wordt via een infuus in uw arm in de bloedbaan gespoten. Hierdoor worden de bloedvaten duidelijker zichtbaar. Op de foto’s is te zien hoe groot de tumor is. Ook is te zien of de tumor is doorgegroeid in omliggende organen, wat de relatie is met de (grote) bloedvaten in de omgeving en of er uitzaaiingen zijn naar andere delen van het lichaam zoals de lever en lymfklieren.
Computertomografie (CT-scan)
Endoscopische UltraSonografie (EUS)
Een endoscopie is een onderzoek waarbij gebruik wordt gemaakt van een endoscoop. Dit is een flexibele dunne slang waarmee de arts inwendig onderzoek kan verrichten via de mond of anus. Bij een endoscopische ultrasonografie wordt een flexibele slang via de mond door de slokdarm en maag tot in de dunne darm ingebracht. Aan het uiteinde van de slang zit een klein echoapparaatje ingebouwd. Dit apparaatje zendt geluidsgolven uit. Doordat de geluidsgolven diep in de weefsels doordringen, krijgt de arts zeer gedetailleerde beelden van de dieper gelegen organen, zoals de alvleesklier en de omgeving van de alvleesklier. Tevens is het bij dit onderzoek mogelijk om met een punctienaald weefsel (biopten) van bijvoorbeeld een alvleeskliertumor of een verdachte lymfklier weg te nemen.
Endoscopisch Retrograde Cholangio- en Pancreaticografie (ERCP )
Een ERCP is een kijkonderzoek waarbij een afsluiting van de galgang of van de afvoergang van de alvleesklier door een tumor kan worden aangetoond. Dit onderzoek vindt meestal plaats onder een roesje. Bij een ERCP kan de arts met een flexibele buis (endoscoop) via de mond, slokdarm en de maag tot in het eerste deel van de dunne darm komen. In dit deel van de dunne darm zit de gezamenlijke uitgang van de galwegen en de alvleesklier. Dit
noemen we ook wel de papil van Vater. De arts kan door de endoscoop met een dun slangetje contrastvloeistof in de afvoergang van de alvleesklier of galgang spuiten om een duidelijke afbeelding te maken. Ook kan de arts een instrument door de endoscoop schuiven waarbij een klein borsteltje in de richting van de tumor wordt geschoven. Hiermee kunnen cellen van de tumor worden weggehaald voor verder onderzoek. Als de patiënt geelzucht heeft doordat de tumor de galgang afsluit, kan de arts een buisje in de galwegen plaatsen. Op die manier kan de gal weer naar de dunne darm stromen/vloeien.
Endoscopisch Retrograde Cholangio- en Pancreaticografie (ERCP )
Laparoscopie (kijkoperatie)
Soms is een kijkoperatie noodzakelijk om uitzaaiingen aan te tonen of uit te sluiten. Het betreft dan vaak uitzaaiingen op het buikvlies. Dit gebeurt terwijl u onder narcose bent. Tijdens deze kijkoperatie is het ook mogelijk om kleine ‘hapjes’ weefsel (biopten) weg te nemen voor verder onderzoek.