Alvleesklierenzymen om gewichtsverlies te voorkomen
De alvleesklier maakt enzymen die helpen bij de spijsvertering. Deze enzymproductie kan mogelijk verminderd zijn bij mensen met alvleesklierkanker. Toediening van alvleesklierenzymen (bijv Pancrease
®, Panzytrat
®) kan gewichtsverlies verminderen, omdat belangrijke voedingsstoffen en vetten beter worden opgenomen in het lichaam.
Endoscopisch plaatsen van een buisje (stent of endoprothese)
Als de galwegen door de tumor worden dichtgedrukt, kan de arts tijdens een ERCP
een buisje (stent) in de galweg plaatsen. Dit buisje houdt de galweg open zodat de galvloeistof weer goed kan afvloeien naar de dunne darm. Klachten zoals geelzucht en jeuk kunnen dan verdwijnen.
Als het plaatsen van een stent via een ERCP niet mogelijk is, dan kan de radioloog een slangetje door de huid en de lever in de galwegen plaatsen om zo de gal te laten afvloeien. Dit heet een percutane galwegdrainage (PTCD). Als de twaalfvingerige darm wordt dichtgedrukt door de tumor, kan het eten niet goed meer goed passeren. In dit geval kan de arts samen met u besluiten om een buisje te plaatsen in de twaalfvingerige darm, waardoor deze weer doorgankelijk wordt.
Operatie
Als de tumor niet kan worden verwijderd, wordt er soms toch een operatie uitgevoerd om de afsluiting van de galwegen en de twaalvingerige darm op te heffen. Als de tumor de twaalfvingerige darm aantast kan dit de voedselpassage van de maag naar de dunne darm blokkeren. De chirurg kan dan een nieuwe verbinding maken tussen de maag en het gezonde deel van de dunne darm.
Bestraling (radiotherapie)
Bestraling is een behandeling waarbij de tumor wordt bestraald met radioactieve stralen. Cellen raken hierdoor beschadigd en gaan dood. De straling wordt zo precies mogelijk gericht op de tumor, zodat gezonde cellen gespaard worden. Toch kunnen ook gezonde cellen beschadigd raken. Gezonde cellen herstellen echter beter dan kankercellen. Mogelijke bijwerkingen van bestraling zijn vermoeidheid en misselijkheid. Bestraling bij alvleesklierkanker wordt vooral toegepast om de pijn te bestrijden die de tumor kan veroorzaken. Door bestraling wordt tumorgroei afgeremd en mogelijk wordt de tumor ook door de bestraling verkleind.
Chemotherapie
Wanneer een operatie niet mogelijk is, kan de groei van de tumor worden afgeremd door behandeling met kankerremmende medicijnen (cytostatica). In sommige gevallen wordt een palliatieve behandeling met chemotherapie overwogen. Chemotherapie kan in dat geval bestaan uit één medicijn, en soms uit een combinatie van meerdere medicijnen. Folfirinox is een combinatiekuur die kan worden voorgeschreven als er uitzaaiingen zijn. Een combinatiekuur is vaak zwaarder omdat het meer bijwerkingen geeft. De arts bepaalt welke medicijnen of combinatie van medicijnen u krijgt.
Coeliacus-block
Om hevige pijn te bestrijden, kan men ook kiezen voor een coeliacus-block. Hierbij wordt met behulp van alcohol of een andere stof een zenuwknoop aangeprikt en lamgelegd. Dit kan gebeuren tijdens een kijkonderzoek, maar is ook mogelijk door het rechtstreeks aanprikken van de zenuwknoop via de rug met behulp van röntgenonderzoek. Behalve de hierboven beschreven behandelingen om de pijn te bestrijden kan de arts diverse pijnstillers voorschrijven.